‘Nou gewoon,’ zegt Tuinvrouw Renee, ‘rondlopen en aanbellen. Liefst op vaste dagen, gestructureerd, zodat mensen weten dat ze op je kunnen bouwen. Wat ons opvalt is dat mensen negen van de tien keer heel negatief zijn als je ze aanspreekt. Een geveltuin? O nee hoor, die willen ze niet. De kunst is om daar positief op te reageren en niet mee te gaan in klaagverhalen over de buurt. Luisteren, aandacht geven en weer doorlopen, dat werkt het beste. Als mensen je een tijdje gesignaleerd hebben in de wijk is het tijd om uitnodigingen te verspreiden. Bijvoorbeeld voor een zaterdagactiviteit. Dan krijgen mensen het gevoel: er gebeurt iets in de wijk. Een clubje mensen gaat met je mee, anderen niet. Die achterblijvers blijf ik benaderen en vaak gaan die later toch meedraaien.’

Wat is hier nodig?

Het is ook belangrijk om goed aan te voelen wat er nodig is in een straat. Tuinman Sebastiaan: ‘In de ene straat is een mevrouw helemaal gek van vogels, dus daar doen we iets met vogelhuisjes. Succes!

Maar in de straat daarnaast hebben mensen juist last van te veel fietsen bij de boomspiegels. Dus bedenken we samen een oplossing en vragen we van die fietspalen aan. Dat duurt even, maar ze komen er. Alleen zette de gemeente die precies op de verkeerde plek. En voor je dan zo ver bent dat de gemeente ze verplaatst… Dus hebben we ze zelf samen met bewoners op de gewenste plek gezet. Daarmee kweek je vertrouwen bij bewoners.’

Renee: ‘Veel dingen lijken onmogelijk maar blijken makkelijk op te lossen. Mensen zijn goed in klagen. Maar als wij die hondenpoep opruimen, of sneeuw vegen, dan zien mensen dat vanachter hun ramen. Dan denken ze: o ja, eigenlijk heb je er minder last van als je het gewoon opruimt.’

Volhouden

Tuinvrouw Marianne: ‘Alleen al dat jij met een kruiwagen door de wijk loopt, dat maakt iets los bij mensen. Ik vind het wel belangrijk om te blijven komen in zo’n straat, zodat mensen zich gesteund voelen. Anders krijgen ze het gevoel: ik ben de enige die hier opruimt, mijn buurman doet niks, dus ik stop er ook maar mee. Daarom is onze aanwezigheid belangrijk, al moet je mensen wel zo ver zien te krijgen dat ze hun eigen geveltuintje onderhouden. Dat doen wij nu in de Afrikaanderwijk. De deelgemeente heeft daar een flinke push gegeven en mensen zien dat we dit met z’n allen doen. Dat is een belangrijk gevoel: we doen dit samen. Zo kan je een groene golf krijgen, met uitstraling naar de andere straten.’

Marianne hoort verhalen van oudere Turkse mannen, hoe groen de wijk dertig jaar geleden was in hun straat, met rozenperken en al. Dat is allemaal weggehaald vanwege onderhoudskosten en veiligheid. Ze vinden het fijn dat het nu weer terugkomt. ‘Maar wij vertellen er voortdurend bij dat een voorwaarde is dat ze het zelf schoon houden en bijhouden.’

Sebastiaan: ‘In onze straten vertellen we ook steeds dat schoon en groen voor de eigen veiligheid van bewoners zijn. We delen van die knijpers uit, waarmee ze zwerfvuil kunnen rapen. Maar alles begint met persoonlijk contact.’

Renee: ‘Zo hadden wij een bewoner die veel keiharde muziek maakte. Dan begin je daar niet meteen over. Eerst geef je een plantje en probeer je in contact te komen. Daarna pas gaat het over die geluidsoverlast.’

Praktische steun

De drie Tuinmannen m/v zijn het erover eens dat uiteindelijk de meeste mensen wel iets willen, maar niet weten hoe. Creatief Beheer ondersteunt bewoners. Met aarde, planten, en met aandacht. Een Tuinman m/v is voor 20% bezig met groen en voor 80% bezig met het enthousiast maken en houden van mensen. Om uiteindelijk met elkaar het sociale en fysieke klimaat in een wijk te verbeteren. Dat gaat met vallen en opstaan. Als Tuinman m/v moet je vaak willen opstaan! (Zie ook de tekst over de kwaliteiten van de nieuwe beroepsgroep Tuinman m/v.)

Concrete tips:

• - Eerst contact maken en zo mogelijk een persoonlijke band opbouwen, bijvoorbeeld met gesprekjes over vergroenen van de straat.


• - Via een foto van de straat of een tekening met bewoners overleggen waar er groen kan komen en welk groen dan (‘Wilt u voor een seringenboompje zorgen?’).


• - Zet een huisje neer in de straat en laat zien dat je er regelmatig bent, bewoners raken nieuwsgierig.


• - Zoek bondgenoten in de straat, bewoners of kleine bedrijven, die boodschappen voor je kunnen aannemen op dagen dat je er niet bent.


• - Werk je in de buurt van een school of andere instantie: betrek ze bij de aanleg en het onderhoud van het groen.